Espiritu, een droom wordt werkelijkheid... English Language Homepage
Home
Bemanning
Jacht
Verslagen
Foto's
Route
Veel gestelde vragen
Terug naar Homepage

Waar ben ik? > Verslagen > St. Eustatius, Saba & St. Maarten >
(ENGLISH LANGUAGE VERSION AVAILABLE)

DE ALLER LAATSTE UPDATE (10 August 2005): De laatste belevenissen & foto's met natuurlijk de aankomst in Scheveningen [Spanje - Scheveningen*] [Azoren - Spanje] [Azoren]
*) verslag gewijzigd sinds laatste update

Espiritu is te koop (1MB)

WAT GING ER VOORAF...

Dag 274, Zaterdag 30 April 2005
16° 10.2' N 61° 47.0' W
Guadeloupe / Pigeon Island - Caribische Zee

[Stefan >>]
Voor vertrek nog even een laatste duik in het "Réserve Cousteau". Wanneer we om 12 uur het anker ophalen, kan ik de verleiding niet weerstaan om alle lures uit de kast te trekken en met vier lijnen achter ons aan varen we een rondje om Pigeon Island in de hoop een van die talloze tonijnen te vangen. Helaas, ze trappen er niet in. Niks sashimi, maar een gewone pasta Bolognaise.

Een zeiltocht van Guadeloupe naar Sint Eustatius (1 van de 5 Nederlandse Antillen) is weer eens wat anders dan Koninginnenach in Den Haag. Terwijl half Nederland nieuwsgierig is naar de outfit van Máxima, is Natascha creatief met de Hollandse driekleur.

Het 110 mijl lange traject voert langs de eilanden Montserrat, Nevis en St. Kitts. Montserrat is een paar jaar geleden zwaar getroffen door een aantal vulkaanuitbarstingen. Tweederde van het eiland is niet meer begaanbaar en de vroegere hoofdstad Plymouth ligt volledig in puin. De vulkaan is nog steeds actief. We zien rookpluimen boven de krater en ruiken de rotte eierenlucht van de zwaveluitstoot. Bij zonsondergang lijkt het of we een behoorlijke stad zien, maar wanneer de zon verder ondergaat blijkt dat maar de helft verlicht is.

Om de luwte onder de drie eilanden te omzeilen, houden we bewust een paar mijl afstand. Deze tactiek werkt en ondanks een aantal windschiftingen en hier en daar wat snelheidsverlies, kunnen we blijven zeilen. De hierdoor verloren hoogte zorgt er wel voor dat het laatste stuk hoog aan de wind is; Natascha's favoriete hobby, zeker als het 20 knopen blaast. Ze heeft geluk want er is nauwelijks golfslag, zodat ze niet gelijk uit haar bed stuitert.
[<< Stefan]

Dag 275, Zondag 1 Mei 2005
17° 28.8' N 62° 59.3' W
St. Eustatius / Oranjestad Baai

[Natascha >>]
1 Mei, Dag van de Arbeid. Een jaar geleden gold dit meer voor ons dan vandaag. Toen Espiritu vorig jaar op de kant stond en wij druk waren met schuren, verven en antifouling, konden we ons niet voorstellen dat we een jaar later op Sint Eustatius zouden zijn. Om 06.30 uur laten we het anker zakken en kruipen snel ons bed in om wat slaap in te halen.

Waneer we zijn uitgeslapen gaan we op verkenning uit. Het eiland is behoorlijk droog en haar 2.800 inwoners zijn voor hun inkomen voor een groot deel afhankelijk van de toeristenindustrie. Diegene die een bestemming met witte zandstranden en palmbomen zoekt, is op Statia aan het verkeerde adres. Het merendeel van de toeristen komt hier om te duiken, rondom het eiland zijn meer dan 30 duikstekken. Een andere inkomstenbron vormt de lelijke olieoverslaginstallatie, die de door grote tankers aangevoerde olie overpompt op kleinere schepen. Tot slot zal de Nederlandse Staat ook nog wel haar steentje bijdragen.

Omdat het ook hier helaas niet is toegestaan om zelfstandig te duiken, regelen we bij Golden Rock Dive Center (aanbevolen door Steven en Jessika van Alize) een duik voor morgen. Het wordt het scheepswrak "Charles L. Brown", ofwel: "Charlie Brown".

Weer terug op de boot gaat de mobiele telefoon, het is Jolanda. "We hebben een verrassing" roept ze enthousiast. "We komen bij jullie langs!" Dat is inderdaad nog eens een verrassing! Binnenkort horen we of ze op St. Maarten of de Virgin Islands aankomen, in ieder geval gaan we ze snel zien. Dat wordt gezellig!
[<< Natascha]

[Stefan >>]
Weer zo fit als een hoentje besluiten we de vulkaan Quill te beklimmen. Volgens de gids zou de totale tocht drie uur in beslag moeten nemen en kijkend naar het hoogteverschil van 600 meter dat we moeten overbruggen, lijkt dit een redelijke aanname. Het eerste stuk leidt ons door het plaatsje Oranjestad, waar we zo alvast een eerste indruk van krijgen. Het ziet er allemaal niet zo luxe uit als dat we in Nederland gewend zijn, al zijn de meeste huizen in vrij goede staat en rijden de mensen over het algemeen in behoorlijke auto's. Al met al lijkt het wat welvarender dan de Caribische eilanden die we tot nu toe hebben gezien - op de zwaar gesponsorde Franse eilanden na natuurlijk.

Aan de voet van de berg begint het echt warm te worden. De wind laat het volledig afweten en de begroeiing is te laag om enige schaduw te bieden. Puffend en zwetend werken we ons een weg naar boven in de hoop dat het snel wat afkoelt. Na een half uurtje worden de bomen iets hoger en onder het genot van wat schaduw hobbelen we verder. Vlak voor onze voeten maken hagedisjes dat ze wegkomen. Zoetwater krabben trekken zich snel terug in hun huisje en laten zich van het pad afrollen. Als ik een kleine krab was zou ik ook bang zijn voor die enorme bergschoenen.

Na anderhalf uur bereiken we de rand van de krater, die we vanaf hier heel mooi kunnen overzien. Dankzij de vruchtbare lava staat het helemaal groen en de krater fungeert waarschijnlijk als natuurlijk bekken om het regenwater op te vangen. Het is jammer dat de zoom van onze camera niet de volle omvang van de ronde krater in beeld kan brengen. We volgen de graat van de krater naar het hoogste punt dat we vanaf hier kunnen bereiken. Langs de andere kant zou je het echte hoogste punt kunnen bereiken, maar de begroeiing schijnt daar zo dicht te zijn dat je niets van het uitzicht kunt zien. Dat lijkt ons dus zonde van de moeite, zeker omdat dit een tocht is van anderhalf uur, ten opzichte van de 20 minuten die we nu nog slechts te gaan hebben. Natascha is duidelijk te lang op zee geweest om haar berggeitengevoel te houden en piept regelmatig dat het pad veel te steil is voor een arme matroos.

Boven aangekomen is het uitzicht inderdaad fantastisch. Aan de noordzijde zien we het vlakke gedeelte met de bebouwing, het vliegveld en de olieopslagtanks. Aan de zuidzijde hebben we een nog beter overzicht over de krater. In de verte kunnen we Saba, Sint Maarten en Anguilla zien liggen. We hebben al wel meer vulkanische bergen beklommen, maar nog nooit hadden we zo duidelijk een echte vulkaankrater gezien. Een behoorlijk indrukwekkend gezicht. In tegenstelling tot de vulkaan van Montserrat is deze gelukkig morsdood.

De weg naar beneden is zoals altijd een stuk aangenamer dan de klimpartij naar boven. Het eerste stuk is wel zo steil dat Natascha regelmatig de veiligheid van de Hose Bremse opzoekt, ondanks die twee fantastische Meindls aan haar voeten. Mijn argument dat ieder stuk dat mijn gewicht kan dragen, zéker haar gewicht voldoende houwvast moet kunnen bieden maakt geen indruk. "Veiligheid voor alles en schuivend op mijn kont kan me niets gebeuren", luidt haar devies. Het laatste stuk door het dorp naar beneden beginnen onze voeten aardig te protesteren tegen deze barbaarse mishandeling in een paar strak aangesnoerde bergschoenen. Die arme voetjes zijn ook niets meer gewend, normaal gesproken hebben ze hooguit een paar slippers te verdragen.
[<< Stefan]

Dag 276, Maandag 2 Mei 2005
17° 28.8' N 62° 59.3' W
St. Eustatius / Oranjestad Baai

[Natascha >>]
Het in 1954 gebouwde kabelschip Charles L. Brown is tientallen jaren door AT&T gebruikt om kabels over de oceaanbodem te leggen. De introductie van satellietcommunicatie reduceerde de behoefte aan dergelijke communicatiekabels en vanwege de steeds toenemende jaarlijkse reparatiekosten was twee jaar geleden het eind van de economische levensduur bereikt. (Bedrijfseconomen onder ons kunnen dit verifiëren aan de hand van de Methode van Mey.) De restwaarde in deze vergelijking is gereduceerd tot nul omdat AT&T ervoor koos het schip voor 1 US Dollar aan Sint Eustatius van de hand te doen in plaats van het te verkopen aan een Indiase of Pakistaanse scheepssloperij die alles van waarde eraf sloopt alvorens het voor de kust af te zinken - of het casco gewoon op het strand te laten verroesten.)

AT&T besloot het schip een tweede nuttig leven te geven en wel als kunstmatig rif voor de kust van Sint Eustatius. Ze wilden het laten afzinken in de staat zoals het gevaren had, dat wil zeggen zonder er grote gaten in te zagen om de motoren en generatoren eruit te kunnen slopen. Je kunt je voorstellen dat de locale bevolking van Sint Eustatius enigszins gefrustreerd was over deze rücksichtloze afschrijving van dure apparatuur, waar ze best nog een goede bestemming voor hadden geweten. De scheepsgeneratoren alleen al waren waarschijnlijk voldoende geweest om het hele eiland een aantal jaren van elektriciteit te voorzien.

In juli 2003 is het schip afgezonken en zo ontstond de duikstek "Charlie Brown". Volgens Lisa, de divemaster die met ons meegaat, waren de eerste vissen al na een paar dagen rondom het wrak te zien. Na bijna twee jaar is het een thuis voor ondermeer enorme scholen Jacks en andere vissen, krabben en een grote barracuda. De komende jaren zal dit zich alleen maar verder ontwikkelen, net als het koraal. Heel bijzonder om zo'n beginnend rif te zien ontstaan. De locale divemasters zien iedere duik weer nieuwe bewoners en houden elkaar enthousiast op de hoogte.

Het wrak is 35 meter lang, het diepste punt ligt op 31 meter. Via een lange tunnel zwemmen we van achteren naar voren door het scheepsruim, onderweg een kijkje nemend in de stuurhut, de motorruimte en het kabelruim met de gigantische rollen kabel. Een telefoon bedekt met een dun laagje koraal hangt aan zijn draad te bungelen. Erg fascinerend allemaal en ik zou graag over een jaar of 10 eens terugkomen om te kijken hoe alles zich heeft ontwikkeld.

's Middags lopen we Oranjestad even in en bezoeken het Fort Oranje, waar nog de vuurwerkresten van Koninginnedag liggen. De Fransen hebben in 1629 het eerste stuk neergezet en het is door de Nederlanders afgebouwd toen zij het eiland in 1636 van de Fransen overnamen.

De rest van het stadje is dicht, omdat 1 mei dit jaar op een zondag valt is 2 mei nu een officiële vrije dag. Hoewel de meeste inwoners Nederlands spreken, of op zijn minst verstaan, is de voertaal Engels. Grappig om straatnaambordjes met Prinsesweg, Kapelweg en Kerkweg te zien. Waar op de Franse eilanden de Euro werd gebruikt, hanteert men hier nog de NAF (Netherlands Antilles Florin) en wordt de US Dollar overal geaccepteerd. Van de Euro is echter vreemd genoeg geen spoor te bekennen.

Dag 277, Dinsdag 3 Mei 2005
17° 28.8' N 62° 59.3' W
St. Eustatius / Oranjestad Baai - Saba / Ladder Bay

[Natascha >>]
Het is moeilijk kiezen uit zoveel prachtige duikstekken, maar op aanraden van Lisa kiezen we vandaag voor "Hangover Reef". De naam van dit rif heeft niets met drank te maken, maar alles met de overhangende lavaformaties (lava flows) die zo'n 1.200 jaar geleden door een vulkaanuitbarsting zijn ontstaan. Het koraal heeft alle kleuren van de regenboog en het zicht is uitstekend.

Tussen en onder de rotsen doorzwemmend, zien we een enorme variëteit aan koralen, sponzen, waaiers en vissen. Ook vissen die we nog niet eerder in dit gebied gezien hebben, zoals de schorpioenvis, moeilijk te onderscheiden van een steen vanwege zijn schutkleur. De vissen zijn trouwens absoluut niet bang, een grote grouper laat ons op een paar centimeter afstand komen. Sinds vissen met een harpoen een aantal jaren geleden verboden is, weten ze dat ze van mensen niets te vrezen hebben. Onder de overhang zien we vissen die op hun kop zwemmen! Ze denken dat de rots boven hen de bodem is en het witte zand de lucht. Je gaat er bijna ook van op je kop zwemmen. We vermaken ons ruim een uur in deze speeltuin en zouden hier nog veel langer kunnen blijven, ware het niet dat de duikcomputer aangeeft dat onze tijd om is.

's Middags vertrekken we naar het 17 mijl verderop gelegen Saba, een ander Nederlands eiland. Ook hier is de voertaal Engels en wordt er betaald met NAF's of US Dollars, echt heel Nederlands dus.

We leggen Espiritu vast aan een van de 7 moorings in Ladder Bay. De meer dan 1000 treden tellende trap die naar boven leidt was vroeger de enige mogelijkheid om aan land te komen. Alleen in hele rustige condities is het veilig om met de bijboot bij deze ladder te komen, wij varen dus met de bijboot naar het 2 kilometer verderop gelegen Fort Bay, waar de haven is en waar we met droge kleren aan land kunnen komen.
[<< Natascha]

[Stefan >>]
Als we aankomen bij het dinghydok, bromt een locale duikschoolhouder dat we onze bijboot aan een achteranker vast moeten leggen omdat er andere bijboten binnen komen. Op Natascha's vriendelijke vraag wanneer die dan komen omdat we zo weer weg zijn, gromt hij alleen maar wat. Hij gebaart naar een ander plek waar we vast kunnen maken, maar dat lukt niet omdat we dan in de knoop zouden raken met een omhoog getrokken buitenboordmotor van een ander bootje. Enigszins geïrriteerd breng ik de bijboot weer terug naar zijn oorspronkelijke ligplaats en snauw de man op dezelfde toonhoogte toe dat dit de enige mogelijkheid is en dat het me verder spijt. Eikel! Die duikschool gaat dus zeker niets aan ons verdienen. Als je denkt lomp te moeten zijn tegen een Hollander moet je vroeger opstaan. Lompheid gaat me namelijk na enige provocatie uitermate goed af.

De douaneambtenaar is ook niet de allervriendelijkste en vraagt weinig diplomatiek om 20 US Dollar. "O ja? Waarom dan wel?" "Customs handling fee". Het maakt niet uit hoe ze het noemen, maar ze verzinnen altijd wel iets om je een poot uit te draaien. De Nederlandse Antillen zouden eens een voorbeeld moeten noemen aan de Franse eilanden, waar alle in- en uitklaringshandelingen met een glimlach én volstrekt gratis verlopen.
[<< Stefan]

Dag 278, Woensdag 4 Mei 2005
17° 28.8' N 62° 59.3' W
Saba / Ladder Bay

[Stefan >>]
Goed nieuws! Het is Jolanda en Alex gelukt om een vlucht naar Sint Maarten te krijgen. Zaterdagmiddag landen ze en ze blijven twee weken bij ons aan boord. We zien er erg naar uit om weer goede vrienden om ons heen te hebben. We zijn benieuwd hoe ze de passage naar de British Virgin Islands gaan ervaren, aangezien dat een nachtje doorzeilen is.

De enige duik die we onszelf op Saba veroorloven is goedbetaald, dus laten we hopen dat het dat geld waard is. We worden vanaf onze boot opgehaald, zodat we niet de twee winderige en derhalve onrustige mijlen naar de duikschool in de bijboot hoeven af te leggen. De uitleg van Olivier, een Belgische instructeur die hier sinds twee jaar werkt, is veelbelovend. Vrijwel zeker haaien en hij legt rustig uit hoe we de decompressieduik gaan maken. De onderwaterberg waar we op duiken, genaamd "Eye of the Needle", start namelijk op 70 meter diepte en de top ligt op 30 meter diep. Dit betekent dat na 13 minuten je computer begint te protesteren dat je eigenlijk naar boven moet. Mooi, het zijn hier tenminste niet van die watjes als in Sharm el Sheik (Egypte) waar ze niet willen dat je dieper gaat dan 30 meter en waar ze je duikcomputer controleren om te zien of je niet toch in deco bent geraakt. Verder garandeert Olivier dat we haaien zullen zien, hij gaat zelfs zo ver dat hij een niet-goed-geld-terug garantie aandurft.

Een voor een rollen we over de rand van de boot en laten ons tot 30 meter zakken naar "Third Encounter", een groot plateau met aan weerszijden een drop-off naar het oneindige. Het rif is in zo'n goede conditie dat het betonblok van de mooring nauwelijks zichtbaar is omdat deze compleet door het koraal is overwoekerd. Direct zien we een nurse shark die onder een rots ligt te slapen. Mooi, dat is één! Olivier heeft een trucje om de black-tip en Caribbean reef sharks te lokken die hier zouden moeten zitten. Onder water vult hij een plastic drinkflesje met wat lucht en begint er in te knijpen wat een krakend geluid geeft. En jawel, de eerste reef shark kan zijn nieuwsgierigheid niet bedwingen. Even daarna komen zijn vier neefjes ook kijken. Dat trucje had ik eerder moeten kennen!

Vanaf daar zwemmen we "into the blue" om na enige tijd de Eye of the Needle te ontwaren. Hooguit 5 meter in doorsnede rijst deze slanke berg vanuit grote diepte naar 30 meter onder het zeeoppervlak. Je zou er bijna je adem van gaan inhouden... maar dat zou niet verstandig zijn. Geen stukje rots is meer te bekennen door al het koraal en de enorme hoeveelheid vis. Nu snap ik wat die haaien hier doen. Weer de beste duik tot nu toe? Zou wel eens kunnen. Sorry, het wordt inderdaad vervelend.
[<< Stefan]

[Natascha >>]
Saba is ook weer een vulkanisch eiland en wel een van slechts 13 vierkante kilometer, met als hoogste punt de Mount Scenery van 877 meter (de hoogste berg van Nederland). Een klein, hoog eiland dus en vanaf zee gezien lijkt het net een fort. De paar wegen die het eiland telt zijn steil of heel erg steil, het doet ons denken aan St. Helena. De hoofdstad The Bottom is het administratieve centrum, Windwardside is het commerciële gedeelte van het eiland. "Even" naar het centrum gaan is er niet bij, dat is een heel avontuur als je geen auto hebt.

Als eerste varen we de twee ruige mijlen met de bijboot naar Fort Bay. Van Fort Bay gaat er een steile weg (ongeveer 25 %) naar het 2 mijl verderop gelegen The Bottom. Er rijden geen bussen op Saba en de paar taxi's die er rond rijden zijn duur. Om ons een klam T-shirt te besparen steken we onze duim omhoog en warempel, we krijgen van de eerste de beste automobilist een lift. De jongen studeert hier aan de International Medical School, er zijn vervelendere plekken om te studeren zou ik zeggen. We worden afgezet in The Bottom en krijgen vrij gemakkelijk weer een lift naar Windwardside. Dit keer van iemand die 10 jaar geleden van Montserrat naar Saba is gekomen. Na de vulkaanuitbarsting in 1995 heeft hij een veiliger thuis opgezocht en dat was maar goed ook, gezien de veel ernstigere uitbarsting 2 jaar later.

Om Windwardside in een paar woorden te beschrijven: Het is knus, brandschoon en goed verzorgd. De witte houten huisjes met rode daken zijn allemaal in dezelfde stijl gebouwd en goed onderhouden. Criminaliteit is hier onbekend, wat een verschil met een aantal zuidelijker gelegen eilanden! Sommige achtertuinen hebben een kleine begraafplaats, heel bijzonder. Na een borrel op een terras en een bezoekje aan een kleine supermarkt, gaat de duim weer omhoog en alweer is er iemand zo vriendelijk om ons een lift te geven.

Het is jammer dat we zo weinig tijd voor dit prachtige eiland hebben. Zaterdag komen Jolanda en Alex al en aangezien we natuurlijk nog van alles te doen hebben, willen we iets eerder op Sint Maarten zijn. Saba is zeker een eiland om nog een keer naar terug te gaan. Er zijn nog zoveel duikstekken die we willen zien en ook boven water is het een fantastisch eiland met zo'n 12 wandelroutes, waaronder die naar de top van Mount Scenery. Een andere keer dus wat ons betreft.

Dag 279, Donderdag 5 Mei 2005
17° 38.0' N 63° 15.4' W
Saba / Ladder Bay - Caribische Zee

We zitten in dubio. Hoewel het verboden is om hier zelfstandig te duiken, ligt een van Saba's beste duikstekken recht onder Espiritu. Zullen we toch even stiekem...??? Het is zo verleidelijk, hup, het water in en niemand die het in de gaten heeft. Watjes als we zijn besluiten we toch maar om het niet te doen. Even verderop zien we een paar boten van duikscholen liggen en we hebben geen zin in problemen net voor vertrek. Oké, dan gaan we maar even snorkelen, dat mag wel. We hebben geluk, al meteen zien we een schildpad en even later ook een nurse shark. Een uur lang vermaken we ons, op zoek naar nog meer schildpadden en haaien. En jawel, er komt nog een schildpad voorbij. Stefan duikt er als een speer op af, wat hem niet in dank wordt afgenomen. Weg is de schildpad.

De 30 mijl naar St. Maarten is een prima, maar stevig tochtje met ruim 20 knopen halve tot aan de wind. Zoals gewoonlijk slepen we een aantal vislijnen achter de boot aan en hoewel we de laatste weken geen geluk hebben gehad, hebben we toch iedere keer weer hoop op een mooi exemplaar. En jawel hoor, opeens is daar weer het bekende en welkome geluid van een ratelende vismolen: "Trrrrrrr!!!" Stefan vliegt naar de hengel en begint de lijn binnen te halen, ik gooi de genua los en rol deze in om snelheid te minderen. Het kost even wat moeite om de vis binnen te halen, maar de beloning is groot: Een tonijn! Om precies te zijn een Big Eye Tuna volgens het grote vissenboek. Dat is een leuk cadeautje voor Marjolein en Henk van Jori, die we straks weer zien. Het is alweer 3,5 maand geleden dat we samen in Kaapstad lagen, hoog tijd dus om weer bij te babbelen en borrelen. Volgende week vertrekken ze voor hun laatste lange passage richting Nederland.

Aan het eind van de middag varen we Marigot Bay binnen en in de verte zien we Jori al liggen. Henk en Marjolein kijken verrast op wanneer we langszij komen. "Jullie zijn te vroeg!" roepen ze. We hadden gezegd dat we vrijdag zouden aankomen. Geen probleem voor de Jorianen, ze waren net kip aan het braden en gooien er gauw nog twee kippenpoten bij. Die tonijn komt morgen wel dan.

Dag 280, Vrijdag 6 Mei 2005
18° 04.0' N 63° 05.5' W
St. Maarten / Marigot Bay

Werk aan de winkel! Om 7 uur 's ochtends zit ik al met een boek in de wasserette te wachten op een was. Buiten begint het te stortregenen. Heel fijn, kan ik de was niet buiten laten drogen. Terug op de boot is het een troep van jewelste. Stefan is aan het werk met de windgenerator die we ervan verdenken niet genoeg stroom te leveren. Hij ligt languit in een van de achtercabines te stoeien met de bekabeling en de volledige inhoud van deze cabine - die we normaal als opslagruimte gebruiken - ligt over de kajuit verspreid. Me een weg banend over surfplanken, vouwfiets en gereedschapskisten, drapeer ik gewassen beddengoed, handdoeken en ondergoed over banken en kastjes. De chaos is compleet. Ik installeer me in de nog enigszins opgeruimde keuken, die een uitgebreide poetsbeurt krijgt.
[<< Natascha].

[Stefan >>]
Op een of andere manier levert de windgenerator niet wat we ervan verwacht hadden. Ondanks het feit dat we alleen de koelkast draaien en verder uiterst spaarzaam zijn met het gebruik van de inverter (omvormer van 12 naar 220 Volt) en andere energievreters zoals de radio, lopen de accu's langzaam leger en leger. Overdag zien we de zonnepanelen hun werk wel doen, maar na een nachtje zonder staat het er allemaal niet al te best voor. Daar geef je dan 1000 US Dollar voor uit! En dat terwijl we van andere booteigenaren met dezelfde windgenerator spectaculaire verhalen horen over hoe ze niet weten van hun elektriciteit af te komen. Ergens gaat er iets fout.

Het lijkt erop dat met name de koelkast veel te veel stroom vreet, dus ik bekort de elektriciteitkabels van de koelkast door deze rechtstreeks op de accu aan te sluiten. De windgenerator krijgt hetzelfde medicijn toegediend, door deze niet op de 3 meter verderop gelegen accu's aan te sluiten, maar direct op het schakelpaneel dat slechts 30 centimeter verderop ligt. 's Avonds zien we op de voltmeter dat de accu's wel wat bijgeladen zijn, maar het resultaat is nog niet om over naar huis te schrijven. Morgen haal ik de zaak opnieuw los om de windgenerator zelf door de meten, zodat we zeker weten dat daar niets mis zit. Voorlopig zetten we de koelkast in ieder geval op een part-time regime. Deze is nu zo koud dat het bier onderhand pijn doet aan je tanden, ondanks het feit dat de thermostaat bijna op nul is gedraaid. Laten we dit maar eens een paar dagen aankijken om te zien of het enige verbetering brengt.
[<< Stefan]

[Natascha >>]
Er heerst hier in de baai een opgewonden sfeertje van boten die op het punt staan de oversteek naar Europa te maken. Op 1 juni begint namelijk officieel het orkaanseizoen in de Carib, dus dan moet je hier wegwezen. Ook wij hebben een beetje de kriebels want de Noord-Atlantische oceaan is best een stukje water waar je voor uit moet kijken. Aan de andere kant hebben we nu al zoveel mijlen gevaren in allerlei omstandigheden, dat we niet meer zo heel snel onder de indruk zijn en dit laatste lange stuk met vertrouwen tegemoet zien. We weten dat de boot goed is, wat we zelf kunnen en dat we meestal wel een oplossing vinden voor wat er op ons af komt.

Iedere dag vertrekken er wel een paar boten. Voor ons duurt dat nog even. Aan deze kant van de oceaan staat ons namelijk nog een laatste hoogtepunt te wachten: de British Virgin Islands. Een dubbel hoogtepunt eigenlijk, want Jolanda en Alex gaan mee!

Aeolus is een van die boten die ook binnenkort de Atlantische Oceaan oversteekt. Na maandenlang emailcontact ontmoeten we Dennis en Leonie (vorig jaar juni vertrokken vanuit Nederland) dan hier op Sint Maarten. Leuk! In eerste instantie wilden ze nog een jaar in de Carib blijven, maar uiteindelijk hebben ze toch besloten om dit jaar terug naar Nederland te gaan. Op de valreep lunchen we 's middags nog met hen (vanavond vertrekken ze naar de BVI) en Richard en Judith van St. Raphaël. Het is erg gezellig en ineens zijn er een paar kostbare uurtjes van onze geplande werkdag voorbij.

Snel gaan we nog langs watersportzaak Budget Marine, waar we onder andere een draagbare VHF op de kop tikken. We gaan even langs de supermarkt, voordat we terug naar de boot gaan, de boel opruimen en onze gisteren gevangen tonijn in de marinade zetten, die we 's avonds met Henk en Marjolein verorberen. We hebben enóóórm veel bij te kletsen en voordat we het weten is het laat.

O ja, we hebben een bijnaam: "De Espiri Teutjes..." Waar hebben we die nu toch weer aan te danken???

Dag 281, Zaterdag 7 Mei 2005
18° 04.0' N 63° 05.5' W
St. Maarten / Marigot Bay

Na een paar uur poetsen en wasjes draaien, ploffen we om 13.30 uur neer in de kuip. Espiritu ligt er weer schoon en fris bij, laat onze gasten maar komen! Om 13.35 zouden Jolanda en Alex landen, ze zullen er zo meteen dus wel zijn. Ze weten alleen nog niet waar wij liggen, maar dat is een kwestie van even met elkaar bellen. Toch?

Hé, dat is raar, de mobiele telefoon werkt niet. We hebben wel bereik, maar kunnen niet bellen. Dan maar met de satelliettelefoon. We krijgen de voicemail van Jolanda en laten een boodschap achter met waar ze ons kunnen vinden. Toch zit het ons niet lekker. Wanneer we van een aantal andere Nederlanders horen dat ook hun GSM hier niet werkt, beginnen we ons toch wel wat zorgen te maken. Grote kans dat de GSM van Jolanda en Alex ook niet werkt en dat betekent dat we elkaar niet kunnen bereiken! Staan ze daar straks op de luchthaven zonder een flauw benul van waar ze heen moeten. En als er nu maar 1 jachthaven op St. Maarten was, maar er zijn er 8 verspreid over een aantal baaien! Bovendien liggen er nog eens honderden boten voor anker. Dat komt dus niet goed en Stefan gaat met een taxi naar het vliegveld terwijl we via de VHF in contact met elkaar blijven.

Aangekomen op het vliegveld blijkt dat het betreffende vliegtuig ruim een uur vertraging heeft, wat in dit geval goed uit komt. Daar zijn ze dan! Jolanda en Alex, die zojuist ruzie hebben staan maken met een douanebeambte, zijn opgelucht Stefan te zien. De beambte wilde hen in eerste instantie niet doorlaten omdat ze geen adres in St. Maarten konden opgeven. Een boel consternatie dus, maar met een goede afloop. Op de boot aangekomen valt alle stress al snel van hen af en worden lange broeken verruild voor korte. Pindakaas, rookworst, hagelslag, drop, boeken, tijdschriften en zelfs een dikke Telegraaf van vandaag komen uit de tas en we moeten ons inhouden om niet meteen in deze laatste te verdwijnen.
[<< Natascha]

[Stefan >>]
Alex heeft een theorie hoe het beste een jetlag te bestrijden. Ervan uitgaande dat je zo snel mogelijk in het nieuwe tijdsritme moet komen, betekent dit dat je ervoor moet zorgen dat je de eerste nacht goed slaapt en niet pardoes om 3 uur 's nachts wakker wordt. Nu kun je naar de slaappillen grijpen, maar het is veel prettiger om de beproefde methode van net de juiste dosering alcohol aan te wenden. Let wel: De juiste, want we weten allemaal wat er gebeurt als je teveel van het op zich werkzame medicijn inneemt.

Zo gezegd zo gedaan, dus we beginnen met de champagne (die telt niet, want dat is als welkom), gevolgd door een biertje (om de dorst te lessen) en een wijntje bij het eten (wat moet je anders?). Dat gaat allemaal prima, totdat onze zelfbenoemde jetlag-expert een cruciale fout maakt. "Zullen we nog even naar de kant gaan?" "Nou prima, kunnen we gelijk die beroemde Caribische rum-punch uitproberen." Kennelijk is deze op het Franse gedeelte niet zo bekend. Niet getreurd, stevige rum-cola's weten ze wel te maken. Terug op de boot begint het collectief geweten van het stel. Jolanda vindt dat er voldoende slaapmedicijn is toegediend. Ze drukt Alex op het hart niet nog meer te drinken, om vervolgens zelf naar bed te gaan. Heel verstandig.

Dag 282, Zondag 8 Mei 2005
18° 04.0' N 63° 05.5' W
St. Maarten / Marigot Bay

En hoe eindige Alex? Nou ja, ik heb hem natuurlijk nog een klein glaasje rum-cola gegeven ervan uitgaande dat hij lang genoeg gestudeerd heeft om te weten wanneer hij aan zijn taks zit. Naar eigen zeggen is die studie nog steeds niet afgerond. Enfin, na een uurtje of twee raaskallen met mij als geduldig toehoorder, rolt hij dan toch zijn bed in om fase twee van het plan uit te voeren. Maar helaas, komt daar toch fase drie in beeld...: Kotsen! De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik hier zelf niets van gehoord heb, maar voor die arme Jolanda was er nauwelijks een ontkomen aan. En zo werd voor haar fase twee enigszins om zeep geholpen door Alex zijn fase drie.

De volgende ochtend horen we wat gemompel en een krakende stem: "Wat is er vannacht allemaal gebeurd?" Gevolgd door een iets helderdere stem: "Ja, je hebt liggen kotsen. Ga er nu maar uit, neem dat laken en het kussen mee en zie dat je jezelf ook schoon krijgt." Nou ja, de grootste watervoorraad ligt buiten en het ontnuchtert ook lekker. "Plons!" Met laken en al springt Alex het water in, klimt weer aan boord, spoelt het laken uit, gooit nog wat zoet water over zijn hoofd en is weer het mannetje voor de dag.

Onze gasten zijn nog niet helemaal onthaast en willen gelijk de eerste volle dag van hun vakantie nuttig besteden door maar meteen de enige twee highlights van het eiland te bekijken: Het Fort Marigot, een bescheiden klimmetje met als beloning een aardig uitzicht over de baai. Zelfs op dat kleine klimmetje zijn Alex en ik al redelijk zwaar aan het transpireren. Nu is dat op zich niet erg want dat is doorgaans de snelste manier om van je kater af te komen.

Volgende plan is Peak Paradise, het hoogste punt van Sint Maarten. De Lonely Planet vertelt dat je je met een taxi tot vlak onder de top kunt laten afzetten, vanwaar je een niet al te lang pad kunt nemen naar de top. Nu hebben we, stelletje sloebers als we zijn, een illegale taxi te pakken (was natuurlijk veel goedkoper). De chauffeur is een illegale Haïtiaan die in een afgeragd brik zijn brood probeert te verdienen. Voor een schappelijk prijsje wil hij ons wel brengen. Zodra we echter op het steilere gedeelte terecht komen, gebaart hij hulpeloos naar zijn auto, wijst naar die steile berg en verontschuldigt zich voor het feit dat hij niet verder kan. Nou ja, geeft niks. Het lijkt niet al te ver, dus daar komen we wel uit.

Jolanda is duidelijk in de beste vorm (dankzij dagelijks paardrijden de afgelopen 3 maanden), gevolgd door twee zeelui met papbenen, dan een hele tijd niks en daarna een arme jongen met een flesje water en een heleboel zweetdruppeltjes. Jolanda stapt vrolijk door, gniffelend om zijn terechte straf voor gisterenavond. Boven aangekomen hebben we een heel mooi uitzicht op de zuidzijde van het eiland. Het pad dat verder gaat, voert langs een brandnetelachtige substantie en na een half uur draaien we om. Met prikkelende benen van zowel de jeuk als vermoeidheid komen we terug naar beneden.

Bij een bushalte komen we niet echt verder en een pardoes Nederlands sprekende local is in die zin ook niet al te bemoedigend. "Het kan wel even duren" zegt hij. Als dit soort relaxte locals het woord "even" gebruikt dan weet je wel genoeg. Wat doe je op zo'n moment? Bidden? Nou niet direct, maar als het zo uitkomt wel. Als vier vrome kerkgangers maken we gretig gebruik van de kerkbus die mensen ophaalt van de dorpen om naar de kerk in Marigot te gaan. De kerk hebben we nooit gezien, maar die oude Amerikaanse schoolbus was best welkom.

's Avonds trakteren Jolanda en Alex ons op een heerlijk etentje bij een Frans restaurant. Wanneer we eigenlijk nog een nagerecht willen nemen, beseffen we dat we dit Jolanda en Alex niet kunnen aandoen. Alex valt bijna van zijn stoel van de slaap en Jolanda is duidelijk ook wel toe aan een bed. Toch wat last van de jetlag dus.

Als we om de rekening vragen heeft de ober echter andere gedachten en schenkt voor ieder, inclusief hemzelf en een collega een borrelglaasje vanille / koffie rum in. Tja, een gegeven paard... Hé, dit is echt lekker. "Oh neem gerust nog een ronde, en als het moet nog één, ik laat de fles wel staan." Tot zover onze goede voornemens. Ondanks alle aanmoedigingen houden we het na ronde vier voor gezien. En lekker geslapen dat we hebben!
[<< Stefan]

Dag 283, Maandag 9 Mei 2005
18° 04.0' N 63° 05.5' W
St. Maarten / Marigot Bay

[Natascha >>]
Jolanda, Alex en ik gaan naar de supermarkt. Behalve de boodschappen voor de komende twee weken (BVI's zijn duur!), is het ook weer tijd om de voorraden aan te vullen. We willen voldoende aan boord hebben tot minimaal de Azoren, waar we eind juni verwachten aan te komen. We laden vier grote karren vol en regelen dat alles morgenvroeg om 7.30 uur bij de marina afgeleverd wordt. Wij zijn blij dat ze zo vroeg kunnen komen, want morgen willen we op tijd vertrekken naar Prickly Pear Cays, een groepje eilanden ten noorden van Anguilla.

Ondertussen gaat Stefan diesel tanken en proberen de gasflessen (gebruiken we om te koken) gevuld te krijgen. Het gedoe rond gasflessen heeft ons ondertussen al een boel hoofdpijn bezorgd. In Zuid-Afrika hebben we twee nieuwe gekocht omdat onze oude daar niet gevuld konden worden. Een van de twee is nu leeg en de tweede bijna, ze moeten dus hoognodig worden gevuld. Op Trinidad en Martinique konden we niemand vinden die dit type kon vullen en ook hier op Sint Maarten lijkt het niet te gaan lukken; ieder land heeft blijkbaar zijn eigen fittingen. Er zit niets anders op dan wéér nieuwe flessen te kopen. Een nieuwe kost maar liefst 200 US Dollar, zónder regulator en nog niet gevuld! Vullen kan niet vandaag, dat kan woensdag pas. Het is om moedeloos van te worden. We besluiten om hier niet te gaan zitten wachten tot woensdag. We willen naar plekjes met witte zandstranden, turqooise water en palmbomen! Als het goed is kunnen we nog een paar dagen vooruit met het gas, op de BVI's regelen we wel nieuwe flessen. Hopelijk.

Wanneer we alle vier weer terug op de boot zijn, gooien we de lijnen los en motoren terug naar de ankerplaats. We hebben 2 dagen in marina Fort Louis gelegen voor het absurde tarief van 30 Euro per dag (exclusief waterverbruik waarvoor we ook nog eens 25 Euro voor mochten afrekenen). Nu zowel de batterijen, duikflessen, als de watertank gevuld zijn, gaan we weer terug naar een gratis ankerplek.

En dan is het borreltijd. Met een paar flessen rode wijn en wat Franse kaas nestelen we ons in de kuip. Jolanda en Alex hebben lasagne voorbereid die straks de oven in gaat. Wel jammer dat die arme Jolanda misselijk voor zich uit zit te turen met een glaasje water en stokbrood. Koken op een warme, schommelende boot is iets waar haar lichaam nog even aan moet wennen. Niet getreurd, wij hebben de lasagne en geflambeerde met veel smaak opgegeten.
[<< Natascha]

HET VERVOLG


| Webstats | Mail Espiritu E-mail Espiritu | Contact | Sponsors | Links |

Copyright © 2003-2005 Stefan en Natascha Verweij.
Web site design and maintenance, a service from Hollandia Home Services Pte Ltd

Blue Sea